kerkmodi

toonladder

De zogenaamde 'grote tertstoonladder in do groot' is een opeenvolging van de 7 stamtonen: do-re-mi-fa-sol-la-si. We zijn zo gewoon aan deze opeenvolging dat we niet eens meer nadenken waar we een hele of een halve toonsafstand nemen wanneer we de toonladder zingen.
Image
Bij het zingen van de grote terstoonladder ligt tussen de verschillende toontrappen telkens een hele toon als afstand, behalve tussen stap 3 en 4 en tussen stap 7 en 8, waartussen slechts een halve toon ligt. Je kunt bij het vormen van een toonladder de halve toonsafstanden ook op andere plaatsen leggen. Zo kennen we ook de kleine tersttoonladder. De halve toonsafstanden liggen nu tussen de 2e en de 3e toontrap en tussen de 5e en de 6e toontrap. De afstand tussen de grondtoon en de derde toontrap is nu een kleine terts en daaraan ontleent de toonladder zijn naam.
Image

kerkmodi

Wanneer we een toonladder zingen,plaatsen we spontaan dezelfde afstanden van hele en halve noten op dezelfde plaatsen in de toonladder, met welke noot we ook beginnen.   Zo zingen we even vlot een grote tertstoonladder vanuit eenla zonder te moeten nadenken over toonafstanden. Zonder nadenken zingen we eigenlijk: 'la - si - do# - re - mi - fa# - sol# - la'. In de middeleeuwen kende men reeds deze opeenvolging, maar menging er ander mee om. In de zogenaamdekerktoonladders hangt de afstand tussen de tonen niet af van de plaats binnen de toonladder. Wanneer een toonladder begint met eenandere toon dan do, worden tonen niet verhoogd of verlaagd, maar behouden ze hun toonhoogte. De volgorde waarin hele en halve tonen elkaar afwisselen hangt dus enkel af van de begintoon. 
Image

melodie

De reine stemming kent grote en kleine hele tonen, afhankelijk van de plaats in de toonladder. Een 'juiste' reinestemming in C klinkt vals in een andere toonaard, omdat de verhoudingen niet meer kloppen. Omdat in de kerkmodi de onderlinge afstanden niet afhangen van de plaats in de toonladder kennen ze dat probleem niet. Is de toonladder juist gestemd in C, dan klinken meteen ook alle andere toonladders juist. Het gregoriaans is eenstemmige muziek, dus het componeren van samenklanken stelt zich niet. In deze melodie is slechts één toon belangrijk, de zogenaamde ‘finalis’. De andere tonen krijgen een grotere vrijheid en de zanglijnen kronkelen zich heel vrij en decoratief rond een evenwichtslijn.

muziekfragment Psallentes