Sinusregel: oef 2
Driehoek ABC is rechthoekig in A
Druk sin B en sin C uit als functie van de rechthoekszijden. Gebruik de grootte van hoek A om sin A te berekenen. Bepaal sin A, sin B en sin C.
Vul in en bereken ,en Wat stel je vast?
In dit voorbeeld was de driehoek rechthoekig. We bekijken een tweede voorbeeld waarbij de driehoek niet meer rechthoekig is.